No bake taartje met frambozen en chocodrip

Instructies

1. Je kunt een vel bakpapier vast klemmen op de bodem van de springvorm. Maar dit keer heb ik een taartkarton op maat geknipt en op de bodem van de bakvorm gelegd, zodat deze precies past.
2. Ook heb ik gebruik gemaakt van een decoratieband. Ook wel acetaatrol genoemd.  Deze band leg je tegen de binnenwand van de bakvorm aan. Deze is vaak wat hoger dan de bakvorm zelf, en daardoor kan je vulling ook wat hoger worden als dat nodig mocht zijn. Zorg dat de band mooi strak tegen de wand aan zit.
3. Maal dan alle lange vingers fijn met een keukenmachine of staafmixer. Doe dit in een kom.
4. Maal dan ook de marsepein zo fijn mogelijk, dit blijven wat korrelige stukjes. Voeg dit toe aan de fijngemalen lange vingers.
5. Smelt de boter in een pannetje, voeg dit toe aan het lange vingermengsel en roer dit goed door elkaar.
6. Schep het mengsel op de bodem van de springvorm. (op het karton dus).
7. Zet even in de koelkast  zodat het stevig kan worden.
8. Voor de tweede laag: week de gelatine minimaal 10 minuten in koud water.
9. Doe de bevroren frambozen in een steelpan en verwarm dit geleidelijk op een laag vuur.
10. Doe de yoghurt in een kom en voeg de basterdsuiker toe, roer deze erdoor.
11. Klop de slagroom stijf met een beetje poedersuiker.
12. Voeg deze beetje bij beetje toe aan het yoghurtmengsel en roer deze erdoor.
13. Als de frambozen volledig zijn ontdooid, pureer ze dan met een staafmixer.
14. Als je wilt dan de puree helemaal glad is, kun je het door een zeef halen. Ik heb dat niet gedaan.
15. Verwarm de puree op het vuur, zorg dat het goed warm is, maar zeker niet kookt.
16. Los de uitgeknepen blaadjes gelatine er één voor één door. Zorg dat ze goed opgelost zijn.
17. Laat deze puree heel even een beetje afkoelen.
18. Giet dan de puree beetje bij beetje bij het yoghurtmengsel. Klop dit erdoor op de laagste stand. Ga door tot alles is toegevoegd.
19. Giet dit mengsel op de lange vinger bodem. Zet in de koelkast en laat dit opstijven.
20. De derde laag: week de gelatine minimaal 10 minuten in koud water.
21. Doe de yoghurt in een kom en voeg de basterdsuiker toe, roer deze erdoor.
22. Klop de slagroom stijf met een beetje poedersuiker.
23. Schep de slagroom beetje bij beetje door het yoghurtmengsel, roer dit er door.
24. Verwarm het water tot aan de kook. Laat het een halve minuut staan en los dan de blaadjes er één voor één in op. Zorg dat alle gelatine goed is opgelost.
25. Giet dit beetje bij beetje bij  het yoghurtmengsel, klop er telkens heel kort door op de laagste stand.
26. Giet dit mengsel op de frambozenlaag, zet dit weer in de koelkast om op te stijven.
27. Je hebt nu 4 lagen.
28. Als dit voldoende is opgestijfd, haal je voorzichtig de buitenrand van de springvorm er af.
29. Zet de taart op een mooi bord met behulp van het taartkarton. Zodat ook de bodem van het bakblik er af kan.
30. Dan kun je voorzichtig de acetaatband er afhalen.
31. Maak  nu de drip: doe de slagroom en de chocolade in een vuurvaste kom en verwarm deze “aubainmarie”, op een pan heet water.
32. Zorg dat het goed vloeibaar wordt.  Voeg nog een paar achtergehouden chocoladestukjes of chocoladedrops toe en laat ook deze smelten.
33. Doe de vloeibare chocolade in een spuitzak, knip een heel klein stukje van de punt, niet teveel, want anders worden de drips te dik.
34. Doe eerst een test, spuit even op de buitenkant van een schaaltje of iets anders om te kijken of de chocolade voldoende vloeibaar is en je mooie drips krijgt.
35. Spuit dan voorzichtig drips langs de rand van de taart. Tot je helemaal rond bent.
36. Klop de slagroom stijf met een beetje poedersuiker en de slagroomversteviger.
37. Doe de slagroom in een spuitzak met een groot rond spuitmondje.
38. Spuit mooie ronde toefjes op de bovenkant van de taart.
39. Leg wat frambozen in het midden en verspreid wat stukjes frambozen over de toefjes slagroom.
40. Spuit dan nog wat sliertjes chocolade over de toefjes.
41. Als de chococolade inmiddels wat hard is geworden, dan kun je dit even onder de hete kraan houden. Let er wel op dat het water de chocolade niet raakt.