Instructies

1. Doe de bloem en het bakpoeder in een kom en maak een kuiltje in het midden.
2. Doe de zachte boter, de suiker, de basterdsuiker en de eidooier in het kuiltje. Doe hier nog een snufje zout en 1 tl citroensap bij. Vermeng dit met de bloem tot een homogeen deeg.
3. Pak je deegbal in een stuk huishoudfolie en leg deze minimaal een uur in de koelkast.
4. Rol het deeg dan uit tussen twee vellen huishoudfolie en steek met behulp van een uitsteekring of een andere ronde metalen uitsteker een rondje uit met een dikte van ongeveer 7 mm. Leg dit plakje deeg met de bakring er omheen op een met bakpapier beklede bakplaat. Maak zo 5 bodems.
5. Verwarm de oven voor op 175 graden.
6. Bak deze helft van de slofjes gaar in ongeveer 16 tot 20 minuten (de bodempjes zullen eerst wat omhoog gaan en dan weer zakken).
7. Haal ze er uit als ze goudbruin zijn.
8. Laat heel even afkoelen, en haal vrij snel de ringen er af, zet de taartbodems voorzichtig op een taartrooster. Laat ze verder afkoelen.
9. Snijd de eerste 4 minimarsjes in hele kleine stukjes en verdeel zo wat van deze stukjes op elke taartbodem.
10. Doe het diepvriesfruit in een steelpan, breng dit aan de kook en laat het fruit onder regelmatig roeren 30 minuten inkoken. De fruitmoes wordt wat dikker. Laat afkoelen.
11. Schep in elke taartbodem, in het kuiltje, op de stukjes Mars, een gelijkmatig hoopje van de fruitmoes.
12. Maak de mascarponecrème: doe hiervoor de mascarpone en de basterdssuiker in een kom en roer los.
13. Voeg de koude slagroom toe en klop het geheel bijna stijf met de mixer.
14. Voeg op het laatst eventueel nog een beetje poedersuiker toe en een half zakje Klopvast.
15. Klop nog even heel kort tot er stijve pieken vormen. Zet in de koelkast tot gebruik.
16. Doe de 40 ml slagroom in een steelpan en verwarm dit langzaam.
17. Doe de 4 marsjes, in kleine stukjes gesneden en de pure chocolade, in stukjes gesneden in een kom.
18. Schenk hier de hete, maar niet kokende slagroom overheen en roer door. Zodat de chocolade gaat smelten. Let  op: als de slagroom toch aan de kook is gekomen, giet deze dan eerst door een zeef om het vel tegen te houden.
19. Als het chocolademengsel niet helemaal vloeibaar wordt, zet dan nog even op “au bain marie” op het vuur en roer telkens even door. Tot dat alle chocolade vloeibaar is geworden.
20. Haal van de pan af en laat de chocolade een beetje afkoelen. Doe dan in een wegwerpspuitzak.
21. Verdeel de mascarponecrème over twee spuitzakken met de verschillende spuitmondjes.
22. Spuit op elk taartje toefjes. Een paar gekartelde toefjes en een aantal ronde toefjes.
23. Knip een puntje van de wegwerpspuitzak en spuit in een zigzag beweging sliertjes van de Mars chocolade over de toefjes. Doe lekker royaal, er is genoeg.
24. Snijd de overgebleven marsjes in 3 stukjes en leg op elke taartje een klein stukje Mars.

Instructies

1. Leg twee bakplaten klaar met een vel bakpapier.
2. Verwarm de oven voor op 90 – 100 graden.
3. Maak de kom van de mixer of keukenmachine schoon met een beetje citroensap. Doe dit ook met de gardes. (ontvetten)
4. Klop de eiwitten stijf in de kom, met de keukenmachine (stand 6).
5. Voeg de fijne tafelsuiker toe en klop 5 minuten, met een gewone mixer op de hoogste stand, of met de keukenmachine (Kitchen Aid) op stand 6.
6. Zeef de poedersuiker en schep deze met een siliconen pannenlikker door de stijf geklopte eiwitten.
7. Voeg het koffiepoeder in delen toe en schep erdoor.
8. Vul de spuitzak met het ronde spuitmondje met de meringue.
9. Spuit kleine toefjes op het bakpapier in een cirkel. Spuit ze een klein beetje tegen elkaar aan, zodat het een gesloten cirkel wordt. Dat zijn ongeveer 8 à 9 toefjes per kransje.
10. Spuit op deze manier twee bakplaten vol.
11. Bak de meringues circa 2 uur in de oven op 100 graden.
12. Haal ze dan uit de oven en laat ze een beetje afkoelen.
13. Verwarm ongeveer 130 gram van de chocolade “au bain marie” (let hierbij op dat de chocolade niet te heet wordt, dan verbrandt deze en is niet meer bruikbaar).
14. Roer door, tot alle chocolade is gesmolten. Haal de schaal met chocolade van de pan af en voeg de rest van de chocolade toe en roer erdoor. Dit is een eenvoudige vorm van tempereren.
15. Doe de chocolade in een kleiner bakje.
16. Hak de hazelnoten fijn. Bak ze even in een droge koekenpan tot ze licht kleuren. Let op dat ze niet te donker worden, dat gaat soms opeens heel snel.
17. Doe ze in een bakje.
18. Doop nu elk meringuekransje op zijn kop in de chocolade, zodat de ‘toefjes’ van het kransje in de chocolade gedompeld worden. Til dan weer op en laat de overtollige chocolade er afdruipen. Draai het kransje dan weer om.
19. Doop ze dan in het bakje met fijngehakte hazelnoten, zodat er een laagje van de noten op komt.
20. Zet de meringue op een taartrooster. Laat de chocolade uitharden.

Instructies

Instructies

1. Leg een bakplaat klaar met een vel bakpapier
2. Spoel de besjes af en laat deze goed uitlekken
3. Maak het deeg: doe de bloem, de poedersuiker, het amandelmeel en het zout in een kom. Voeg de boter toe en snijd deze met twee messen in kleine stukjes. Meng alles door elkaar met je handen, wrijf de boter in hele kleine stukjes. Voeg dan de helft van het ei toe. Meng erdoor en kneed het deeg met je handen tot een egale bal.
4. Mocht het wat te droog zijn, kun je nog wat ei toevoegen. Is het wat al te plakkerig, voeg dan nog een heel klein beetje bloem bij. Niet te veel, anders wordt het deeg erg droog.
5. Wikkel het deeg in plastic folie en leg het ongeveer een uurtje in de koelkast om stevig te worden.
6. Verwarm de oven voor op ongeveer 180 graden.
7. Haal het deeg uit de koelkast en rol het uit tussen twee vellen plastic folie. Dikte ongeveer 3 tot 4 mm.
8. Steek er vierkantjes uit met de uitsteker. Ik had er 21 koekjes uitgestoken. Voor elk taartje heb je 3 koekjes nodig.
9. Leg een paar koekjes op het bakpapier. Ik doe de eerste lichting nooit te veel koekjes, dan kan ik het mooi eerst even uitproberen, met de temperatuur en de baktijd. De rest van de uitgestoken koekjes kun je nog even in de koelkast leggen. Dan wordt het deeg nog wat steviger.
10. Bak de koekjes gaar in ongeveer 15 minuten. Ze moeten een mooi kleurtje krijgen, maar zeker niet te donker worden. Laat ze afkoelen op een taartrooster.
11. Bak zo ook de rest van de koekjes.
12. Maak de mascarponecrème: doe de mascarpone met de basterdsuiker in een kom en klop dit los met de mixer op de laagste stand. Voeg de koude slagroom toe en klop dit geheel bijna stijf. Voeg dan eventueel nog wat extra poedersuiker toe naar smaak en het zakje slagroomversteviger. Klop dan tot het helemaal stijf is. Vul de spuitzak ermee.
13. Leg een koekje op een bord of plank. Spuit er 9 kleine ronde toefjes op.
14. Decoreer dan met wat van de crispy pearls en stukjes besjes.
15. Leg er het tweede koekje op. Druk een klein beetje aan en spuit daar ook weer 9 kleine ronde toefjes op. Daarop weer wat pearls en stukjes fruit. Dan het derde koekje er op. Druk weer een klein beetje aan.
16. Versier de bovenkant met de beide kleuren besjes en steek er een leuk klein chocolaatje bij.

Instructies

1. Voor de bodempjes gebruiken we het basisrecept voor Bretons zanddeeg. Dat vind je hier.Dat vind je hier.
2. Laat de taartjes een beetje afkoelen op een taartrooster en maak ze dan voorzichtig los. Maak ondertussen de bakringen schoon, vet ze weer even in en maak nog een tweede ronde met taartbodems.
3. Laat de perziken uitlekken in een zeef.
4. Voor de ganache doe je de chocolade en de slagroom in een vuurvaste kom. Verwarm dit ‘au bain marie’, dus boven een pan met zacht kokend water. Als dit volledig vloeibaar is, voeg je hier de advocaat aan toe en roer erdoor.
5. Schenk de ganache in elke taartbodem. Zorg dat je dit mooi en gelijkmatig verdeelt.
6. Snijd de perziken in kleine stukjes. Bewaar er eentje voor de decoratie. Verdeel de stukjes perzik over de ganache laag.
7. Klop de slagroom stijf met een beetje poedersuiker. Voeg hier op het laatst nog wat slagroomversteviger aan toe. Doe de slagroom in een spuitzak (met kartelspuitmondje) en spuit mooie strepen over de perzikstukjes.
8. Snijd de overgebleven perzik in hele kleine stukjes en verdeel deze over de slagroomstrepen.
9. Doe de advocaat in een spuitflesje of wegwerp spuitzak (klein gaatje) en spuit mooie sliertjes over de gebakjes.

Instructies

1. Zet een bakplaat klaar met een vel bakpapier
2. Maak het deeg: doe de bloem, poedersuiker, amandelmeel en het zout in een kom. Meng het door elkaar.
3. Voeg dan de koude boter toe en snijd dit met 2 messen in kleine stukjes, meng de stukjes door het bloemmengsel. Wrijf de boter met je vingers tot kleine stukjes.
4. Voeg dan ongeveer twee derde deel van het ei toe. Meng dan met je handen dit geheel tot een mooi soepel deeg.
5. Mocht het deeg wat te plakkerig zijn, dan voeg je nog een klein beetje bloem toe. Mocht het juist te droog zijn, dan kun je nog een kleine beetje van het ei toevoegen.
6. Verpak dit deeg in een stukje plastic huishoudfolie en leg dit minstens een uur in de koelkast.
7. Leg ondertussen een snijplank klaar met een stukje bakpapier. Dan kun je daar de vormpjes met het deeg op leggen. En dan weer even in de koelkast leggen om koud te laten worden.
8. Vet de bakringen een klein beetje in met een beetje margarine en leg ze klaar.
9. Haal het deeg uit de koelkast en rol het, tussen twee vellen plastic folie, uit tot een lap met een dikte van ongeveer 3 mm. Steek er met de uitsteker ronde cirkels uit. Deze zijn een stukje groter dan de bakringen zodat je ook de zijkanten ermee kunt bekleden.
10. Bekleed hiermee de bakringen. Zorg dat het deeg gelijkmatig wordt verdeeld en ook de zijkanten.
11. Snijd de zijkanten eventueel wat bij als ze te boven de rand uitkomen.
12. Zet ze op de snijplank met bakpapier en laat ze in de koelkast ongeveer een half uurtje koud worden.
13. Maak ondertussen de amandelcrème. Kijk hier voor het basisrecept.
14. Vul de spuitzak met de amandelcrème en leg deze tot gebruik in de koelkast.
15. Schil de appels en snijd ze in dunnen schijfjes. Doe ze in een kommetje en meng de kaneel erdoor.
16. Maak het kruimeldeeg: doe de bloem, de suiker het amandelmeel en het zout in een kom en meng dit met een spatel door elkaar. Voeg de koude boter toe in kleine stukjes. En meng deze door de droge bestanddelen. Wrijf de boter met je vingers tot kleine stukjes. Zorg dat het een kruimelig geheel wordt.
17. Verwarm de oven voor op 180 graden
18. Haal de taartbakjes uit de koelkast. Zet ze op de met bakpapier beklede bakplaat.
19. Spuit in elk bakje een laagje amandelcrème. Leg daar de plakjes appel op. Mag best een flink laagje zijn. Schep daar dan een laagje kruimeldeeg op. Doe dit zo, dat het een mooi bergje wordt.
20. Bak de taartjes gaar en goudbruin in ongeveer 25 minuten. Haal ze uit de oven en laat ze afkoelen.

Instructies

1. Doe de bloem en het bakpoeder in een kom en maak een kuiltje in het midden.
2. Doe de zachte boter, de suiker, de basterdsuiker en de eidooier in het kuiltje. Doe hier nog een snufje zout en 1 theelepel citroensap bij.
3. Meng de ingrediënten met je vingers tot een homogeen deeg. Kneed hier een soepel deeg van, maar kneed niet te lang.
4. Doe de deegbal in een stuk huishoudfolie en leg deze minimaal een uur in de koelkast.
5. Rol het deeg uit tussen twee lagen huishoudfolie. Tot een plak van circa 0,5 cm dikte.
6. Steek hier met de uitsteekring rondjes uit.
7. Leg een plakje deeg in elke bakring, en leg deze op een met bakpapier beklede bakplaat.
8. Bak de rondjes gaar in circa 15-16 minuten in een, op 175 graden,  voorverwarmde oven.
9. Haal ze uit de oven en laat ze afkoelen op een taartrooster. Haal dan de uitsteekringen er af.
10. Snijd een banaan in kleine plakjes en voeg een paar druppels citroensap toe. Schep erdoor. Laat  de plakjes een beetje uitlekken in een zeef.
11. Maak de karamel: Doe de suiker met de twee eetlepels water in een stevige steelpan.
12. Doe de slagroom in een ander steelpannetje en zet dit op het vuur als de karamel bijna bruin wordt, zodat dit slagroommengsel een beetje warm is. Let op dat het niet gaat koken.
13. Breng de suiker met het water aan de kook en wacht tot de suiker op is gelost. Nog niet roeren. Laat het vuur wel redelijk hoog staan. Dan gaat de suiker karamelliseren. Dit kan even duren (bij ons was dat ongeveer 5 à 6 minuten). Wacht dan nog heel even, tot de karamel mooi goudbruin is.
14. Zet de pan even van het vuur af en voeg meteen de slagroom voorzichtig toe. Let op: de karamel is heet! Laat dit circa 1 minuutje zachtjes doorkoken, blijf goed roeren.
15. Voeg het zout en de vanille toe en roer erdoor.
16. Haal van het vuur af en laat het een beetje afkoelen.
17. Leg in elk deegbakje een paar plakjes banaan.
18. Als de karamel niet meer zo heel dun en vloeibaar is, schenk je in elk bakje, een beetje karamel over de banaanplakjes. Laat verder stevig worden.
19. Maak de ganache: doe de 100 gram chocolade en de 90 ml slagroom in een hittebestendige kom. Verwarm dit “au bain marie”  tot de chocolade helemaal is opgelost.
20. Laat dit een beetje afkoelen. En schenk dan over de karamellaag in de deegbakjes. Als je voldoende chocolade hebt, schenk je elk bakje vol tot bijna aan de rand. Kijk even hoe je uitkomt.
21. Laat de chocolade stevig worden.
22. Versier de taartjes vlak voor het opdienen eventueel nog met een paar plakjes banaan.

Instructies

1. Vet alle vormpjes in, en bestuif ze met een beetje bloem.
2. Doe de boter of margarine in een kom en klop deze zacht.
3. Voeg de suiker toe en klop dit tot een smeuïge massa in ongeveer 2 minuten.
4. Voeg dan één voor één de eieren toe, klop telkens ongeveer een halve minuut door voordat je het volgende ei toevoegt.
5. Voeg het bakpoeder en het zout toe aan de bloem en zeef dit.
6. Voeg dit in delen toe aan het deeg, klop nog maar zo kort mogelijk op de laagste stand tot alles is opgenomen. Ga door tot alle meel is toegevoegd.
7. Voeg dan de zure room in delen toe, klop ook dit telkens kort door op de laagste stand, anders verliest het deeg zijn luchtigheid.
8. Vul de vormpjes met het deeg.
9. Verwarm de oven voor op 170 graden.
10. Schil de peren en haal de klokhuizen er uit (Dit gaat handig met een meloenlepeltje).
11. Snijd de peer in dunne schijfjes Als je grote peren hebt, zijn de schijfjes iets te lang, snijd er dan een stukje af.
12. Leg de schijfjes nu in een waaier op het deeg. Druk ze een klein beetje aan.
13. Strooi hier wat amandelschaafsel over.
14. Bak de cakejes gaar in ongeveer 25 – 30 minuten. Ze zijn nu mooi licht goudbruin.
15. Laat ze afkoelen op een taartrooster.
16. Ik heb ze per 3 stuks tegelijk gebakken. Dus in twee rondes.
17. Doe twee à drie eetlepels abrikozenjam in een steelpan, voeg daar ongeveer 2 à 3 eetlepels water aan toe. Roer dit door en verwarm het op een laag vuur.
18. Als het goed vloeibaar is geworden zet je het vuur uit. Zeef dit.
19. Bestrijk de afgekoelde cakejes met de vloeibare jam. Ze gaan nu mooi glanzen.
20. Als je het leuk vindt kun je de cakejes bestrooien met een beetje poedersuiker.

Instructies

1. Vet het bakblik in met een beetje margarine.
2. Bekleed het bakblik met een vel bakpapier en smeer deze in met een beetje margarine. Vouw het papier een beetje om de buitkant.
3. Mix de 300 gram boter of margarine in een kom zacht. Klop ongeveer twee minuten, zodat de boter romig wordt. Voeg de suiker toe en klop nog even goed door.
4. Zeef het cakemeel met het zout, voeg de amandelmeel toe.
5. Voeg één voor één de eieren toe aan het botermengsel, klop telkens het ei goed door voordat je het volgende ei toevoegt. Voeg bij het laatste ei een schepje van het meel toe (minder kans op schiften).
6. Klop nog even een volle minuut goed door.
7. Voeg dan beetje bij beetje het meelmengsel toe, klop dit kort door met de mixer op de laagste stand. Klop niet langer dan nodig is.
8. Vul de vorm met het deeg. Strijk het mooi glad met een paletmes.
9. Was de verse abrikozen. Snijd ze doormidden en haal de pit er uit.
10. Leg de halve abrikozen dan in rijtjes op het deeg. Zorg dan ze goed verdeeld zijn. Druk ze een heel klein beetje aan.
11. Strooi dan het amandelschaafsel over het deeg. en de abrikoosjes. Zorg dat overal voldoende schaafsel ligt.
12. Zet in de, op 170 graden, voorverwarmde oven. Bak de cake gaar in circa 40-45 minuten. De cake moet mooi lichtbruin zijn. En gaar aanvoelen. Haal de cake er uit. Zet deze circa 10 minuutjes op een rooster.
13. Haal de cake dan voorzichtig uit het blik. Als het niet lukt door middel van het bakpapier, kun je het beste eerst een snijplank voorzichtig op de cake leggen, dan omdraaien en bakvorm er af. Dan haal je het bakpapier er voorzichtig af. Leg er weer een plankje op en draai dit nogmaals om. Dan ligt de cake, als het goed is, recht op de juiste snijplank.
14. Laat de cake verder afkoelen.
15. Snijd de cake dan in gelijke vierkantjes.
16. Bestrooi ze met wat poedersuiker of decoratiesuiker.