Instructies

1. We beginnen met het bakken van de plak biscuitdeeg.
2. Splits de eieren. Doe de eiwitten in de beslagkom en klop ze stijf met de keukenmachine of elektrische mixer. Voeg daar de suiker in één keer aan toe en mix dit door tot een stevig glanzend geheel. Voeg daar dan de eidooiers aan toe en mix nogmaals een paar seconden. Zet dan de mixer uit.
3. Zeef de bloem en de amandelmeel met het zout en roer dit door het deeg. Roer dit stevig door, totdat alles goed is opgenomen.
4. Spreid het deeg uit over een bakplaat die met bakpapier bekleed is. Smeer het goed uit, zodat de gehele plaat is bedekt met het deeg. Bak de plak  in de oven op circa 190 graden, ongeveer 12 minuten.
5. Zodra de plak biscuitdeeg licht en goudbruin kleurt, haal je deze eruit. Strooi wat poedersuiker op een placemat en stort hierop de plak biscuit. Leg deze op zijn kop en haal meteen het bakpapier eraf. Wacht hier niet te lang mee, want anders gaart de biscuit door en wordt het droog en hard. Doe dit voor beide plakken.
6. Neem dan de rechthoekige bakring en steek twee gelijke rechthoeken uit de biscuitplak.
7. Week 6 blaadjes gelatine minimaal 10 minuten in koud water.
8. Doe 175 gram kwark in een kom.
9. Klop de slagroom (bijna) stijf met een beetje poedersuiker.
10. Voeg de slagroom toe aan de kwark en roet erdoor.
11. Doe het diepvriesfruit in een steelpan, en laat het al roerende ontdooien. Verwarm het dan tot aan de kook. Laat dit heel even staan, zodat het zeker niet meer kookt.
12. Knijp de blaadjes gelatine uit en los ze één voor één op in de bosvruchtenmoes. Zorg dat alles heel goed opgelost is.
13. Laat deze moes circa 5 minuutjes afkoelen.
14. Meng dan beetje bij beetje bij het kwarkmengsel. Klop met de mixer zachtjes door op de laagste stand. klop niet langer dan nodig is.
15. Snijd de biscuitplakken een beetje bij zodat ze mooi recht zijn.
16. Leg een vel bakpapier op een (snij)plank. Zet de (schoongemaakte) rechthoekige bakring hier op.
17. Leg de eerste plak in de bakring. Schenk het bosvruchtenmengsel er overheen. Zet een paar uur in de koelkast om op te stijven. Leg er dan de tweede biscuitplak op.
18. Voor de witte kwarklaag: week de gelatine minimaal 10 minuten in koud water. Doe de kwark in kom.
19. Klop de slagroom stijf met wat poedersuiker. Schep dit bij de kwark en roer goed door.
20. Verwarm het water in een steelpannetje, breng het aan de kook. Zet het vuur uit en laat het héél even staan zodat het zeker niet meer kookt.
21. Los de uitgenepen blaadjes gelatine er één voor één door. Zorg dat alles goed is opgelost. Je kunt het eventueel nog even door een zeef gieten zodat er zeker geen stukjes meer in zitten.
22. Laat dit ongeveer 5 minuutjes afkoelen.
23. Schenk het dan beetje bij beetje bij het kwarkmengsel, klop voorzichtig door met een mixer op de laagste stand.
24. Schenk dit mengsel over de tweede bisicuitlaag. Bij mij was de bakring precies helemaal gevuld. Strijk het mooi af met een paletmes.
25. Zet dit weer een paar uur in de kolekast.
26. Was het verse fruit, en laat het goed uitlekken.
27. Hal de taart uit de koelkast. Zet er een plank op, draai om en haal het bakpapier er af. Zet er dan weer een plank op, draai weer om.
28. Snij voorzichtig met een mes langs de binnenkant van de bakring om de taart een beetje los te maken. Til de bakring dan voorzichtig omhoog.
29. Snijd de randen van de taart mooi bij, zodat de zijkanten netjes en mooi recht zijn.
30. Snijd hier dan stukjes taart uit van circa 6 x 6 cm. Kan ook ietsje kleiner of groter, kijk even hoe je uitkomt.
31. Verdeel over elke gebakje wat rode besjes, frambozen en blauwe bessen.
32. Zet ze op een mooi bord.